Aantekeningen |
- 1506 jun 7 (BE fol 93v)
Jutte, dochter van Seyne ten Water en vrouw van Johan Rengers van den Post.
Hulder Folkyer Sloit.
1518 apr 9 (BF fol 19)
Jutte, dochter van Seyne ten Water. Hulder haar man Johan Rengers van den Post.
1526 jan 10 (BG fol 21v)
Jutte, dochter van Seyno ten Water en vrouw van Johan Rengers van den Post.
Hulder Aerndt Sloet.
** Van deze belening is alleen de aanhef geregistreerd; voor het verdere is ruimte
gelaten, terwijl hulder, getuigen en datum blijken uit een kanttekening.
Hierbij ligt een memorandum, waaruit blijkt, dat Jutte belening wenste met nr. 1044
en met de nrs. 1060 (visserij Holtmeer te Vilsteren), 1482 (tienden van Brammeler te
Wechterholt), 523 (tienden van Weel te Egede), 553 (Smeding en Noording te
Marle) en 123 (Segestvelde te Lenthe).
De aanhef van het memorandum luidt als volgt : "Desse guedere seyt joffer Jutte,
Seynendochtere ten Watere, dat zy besit ende begert, dat men die alleen op hoer
sette, all holden de olde registeren van voel meer, dat ander luyde besitten, opdat
hoer kynder hier namaels gheen onmyn en hebben ---".
Daaronder is door een andere hand genoteerd : "Dit en heb ick nyet geregiestriert,
want die raedt daer yerst over kennen solde ofte men die andere goedere solde
laten erven, die se nyet en bruyct, dat myns bedenckens soe nyet en dient, want
deghene, die deselve besitten, de solden se holden ende bruycken als eychelick
guet".
Boven Noording te Marle is genoteerd :"Non habet".
Juttes leenvolgers werden als vanouds tevens met haar vele andere leengoederen
beleend.
1531 jun 24 (OA fol 14v)
Edzart Rengers na de dood van zijn moeder Jutte, dochter van Seyne te Waeter.
https://historischcentrumoverijssel.nl/wp-content/uploads/2019/09/leenrepertorium.pdf
|