Aantekeningen |
- Het geslacht Van Coevorden
1 LUDOLF VAN BIERUM, ontvangt het kasteel
Coevorden en de jurisdictie van Drenthe in leen van zijn
broer Hardbert van Bierum, bisschop van Utrecht 1143,
ti. GRAVIN VAN GOOR, dr.v. graaf Rudolf van Goor,
tr. (2) Floris van Vemenborch, vermeld 1188-1195,
tijdelijk kastelein van Coevorden.
De oudst bekende heer van Coevorden is een zekere
Rudolf, die in 1143 in Coevorden zijn hof hield.
Hij was burggraaf van Coevorden en maarschalk van Drenthe. Door toedoen van de bisschop van Utrecht, Herbertus van Bierum, werd hij afgezet en opgevolgd door de broer van bisschop Herbert, Ludolf van Bierum, die na zijn benoeming Ludolf van Coevorden heette.
Na de dood van Ludolf van Bierum hertrouwde de gravin Van Goor met Floris van Vorenborch. Daar de twee zoons van wijlen Ludolf van Coevorden minderjarig waren, werd Floris met de slotvoogdij van Coevorden en het drostambt van Drenthe bekleed.
Floris heerste echter niet zo gemoedelijk en rustig, zoals Ludolf dit had gedaan. Hij maakte dankbaar gebruik van het recht van de bisschop van Utrecht verkregen om tol te heffen van de kooplieden, die op doortocht waren uit
Bentheim naar Groningen en Friesland. De klachten stroomden dan ook binnen bij bisschop Boudewijn, die sinds 1178 dit ambt bekleedde te Utrecht. Het lukt hem echter niet - met aanmaningen en straffen -bFloris tot zijn plicht te roepen. Daarom besloot de bisschop hem maar eens hardhandig aan te pakken.
De bisschop verzamelde een leger van soldaten uit Groningen, Peize en geheel Drenthe en sloeg in 1182 het beleg voor het kasteel van Coevorden. Het beleg duurde echter niet lang, want al snel moest Floris zich overgeven samen met zijn stiefzoon Volker en ze werden beiden gevangengezet. De bisschop liet het kasteleinschap van Coevorden echter niet onbeheerd, bang voor een overmeestering door Rudolf, en zette er een hollands ridder op, Gijsbrecht van Poskijn (Postekein of Persijn), een goed kathtoliek en gehoorzaam aan het bisschoppelijk
huis, enkele jaren later opgevolgd door Otto van Bentheim.
Uit het eerste huwelijk:
l- ws. RUDOLF 1 VAN COEVORDEN, volgt 11.
2- ws. Volker van Coevorde~Wolterus de Covorde, geb. ca. 1145,
ridder, miles de Kovorde 1212, ministeriaal, vermeld 1188-1216, bezit erfgoed te Ansen alwaar gevestigd 11%. gegoed te Spier en Echten, getuige van bisschop Dirk van der Aare 1206, tr. ca. 1191 dochter van Albert Lewe, geb. ca. 1145.
II ws. RUDOLF 1 VAN COEVORDEN, geb. ca. 1140, beleend met
Coevorden en Drenthe 1195, vermeld 1156-1196, tr. ws. dochter van FREDERIK VAN COEVORDEN.
Rudolf 1 van Coevorden komt met zijn broer Volker tijdens het
episcopaat van Godfried van Rhenen en Boudewijn van Holland voor.
Hij raakt in strijd met de bisschop van Utrecht en de graaf van Bentheim. Het kasteel Coevorden, verdedigd door Floris van
Vemenborch en Volker van Coevorden, wordt belegerd en genomen.
Uit dit huwelijk:
l- RUDOLF 11 VAN COEVORDEN, volgt 111.
- Frederik van Coevorden, vermeld 1223-1236, met zijn broer
Rudolf getuige van bisschop Otto van der Lippe 1224, raakt met
zijn broer in oorlog met de stad Groningen, als partijgenoot van
de Gelkingen, en met de bisschop, verslaan het bisschoppelijk
leger bij Ane 1227, beleend met Coevorden na de moord op zijn
broer 1231.
3- Godfried van Coevorden, vermeld 1227.
https://ontdekjouwverhaal.nl/wp-content/uploads/2017/10/DREp-Tussen-Coevorden-en-Hardenberg.pdf
|